Ga naar de hoofdinhoud
Bosch Energy and Building Solutions Nederland
Leesduur: ± 10 minuten

Trends in het onderwijs

Artikel | Trends in het onderwijs Bosch Energy and Building Solutions

Ruim twee miljoen leerlingen en studenten in het voortgezet, middelbaar, hoger en wetenschappelijk (beroeps)onderwijs zijn in de afgelopen dagen weer begonnen aan een nieuw studiejaar. De meesten van hen volgen het onderwijs nog steeds fysiek op de locatie van hun onderwijsinstelling. De vraag is of dit in de toekomst ook nog zo zal zijn, want er is een verschuiving gaande naar tijd- en plaatsongebonden leren. We zetten wat trends en ontwikkelingen (bron: trendrapport NCM*) in het onderwijs voor u op een rijtje.

Veel trends ontstaan in het bedrijfsleven, waarna ze langzaam doorsijpelen naar andere sectoren, zoals het onderwijs. Al is digitalisering en het IoT al geruime tijd onderdeel van lesprogramma’s, lesmaterialen en leeromgevingen, de veranderingen gaan zo snel, dat ook in het onderwijs jaarlijks steeds weer nieuwe ontwikkelingen gaande zijn.

Tijd- en plaatsongebonden leren

De komende jaren verwacht men, met name in het voortgezet, beroeps- en wetenschappelijk onderwijs, dat de manier waarop leerlingen en studenten hun studiemateriaal tot zich nemen nog meer gaat verschuiven naar een doe-het-zelfprincipe. Ze bepalen zelf hoe, wanneer en welk onderwijs tot zich genomen wordt (heutagogiek in plaats van pedagogiek). De rol van de docent verandert daardoor ook. Hij/Zij wordt meer en meer een coach/begeleider die de vinger aan de pols houdt in plaats van de leraar die voor de klas staat. Dit vraagt dus om aanpassingen in zowel de fysieke leeromgevingen als ook in de manier waarop lesprogramma’s en lesmaterialen moeten worden aangeboden. Een mooi voorbeeld hoe lesmateriaal op een andere manier overgebracht kan worden, is door middel van tutorials of volledige colleges die met videocamera’s worden opgenomen en ter beschikking worden gesteld via een digitale leeromgeving. Leerlingen kunnen dan zelf bepalen wanneer ze eraan toe zijn om het desbetreffende college te volgen. De theoretische kennis is daardoor altijd voor iedereen beschikbaar en kan geraadpleegd worden op het moment dat de student deze nodig heeft.

Experimenteren, leren in de praktijk en samenwerken met andere leerlingen zijn sleutelwoorden voor een succesvol leerprogramma. Maar ook het delen van elkaars ervaringen en de mogelijkheid tot reflectie. Het rapport omschrijft deze trend als deep learning, waarbij naast samenwerken en zelfontplooiing de aandacht uitgaat naar het stimuleren van kritisch en probleemoplossend denken.

Veranderingen in de leeromgeving

De hierboven beschreven trend heeft uiteraard een grote impact op de fysieke leeromgeving. Enerzijds vindt er een grote verschuiving plaats naar digitale leeromgevingen. Anderzijds dienen ook fysieke locaties aangepast te worden, zodat ze aansluiten bij het ‘nieuwe leren’. De meeste onderwijsinstellingen zitten echter in gebouwen die ooit zijn vormgegeven en ontwerpen voor de traditionele manier van lesgeven. En de bezuinigingen laten nu eenmaal niet toe, dat er flink geïnvesteerd wordt in het opnieuw bouwen en vormgeven van een locatie. Wat wel tot de mogelijkheden behoort, is bekijken of klaslokalen en ruimtes anders ingericht kunnen worden. Zo kan men wanden weghalen om grotere ruimtes te creëren, die gebruikt kunnen worden voor presentaties, samenwerking, het brainstormen of het experimenteren. Een speciaal ingerichte denk-tank-ruimte is bijvoorbeeld een uitstekende plek voor leerlingen om zowel individueel als gezamenlijk hun creativiteit te ontplooien.

De fysieke locatie moet voor studenten en leerlingen een fijne plek zijn om naartoe te gaan. Een plek waar ze de ruimte krijgen om zich te ontwikkelen en te ontplooien. Het moet voor hen een omgeving zijn waarin ze zich veilig voelen, die hen comfort biedt en waarin ze efficiënt kunnen werken. Als we kijken naar de eerder genoemde trend van tijd- en plaatsongebonden werken, vraagt dit ook om organisatorische aanpassingen die dit daadwerkelijk mogelijk maken. Denk bijvoorbeeld aan het toegankelijk stellen van locaties in de avonduren. Een goed toegangscontrole- en tijdsregistratiesysteem is hiervoor onontbeerlijk.

Net als in het bedrijfsleven, waar de smart buildings in rap tempo verschijnen, verwacht men ook in het onderwijs dat locaties steeds ‘smarter’ worden. Of, om maar in de vaktermen te blijven: smart education. En wie wil dat nou niet?

Neem contact met ons op.

Bosch Energy and Building Solutions

Wij adviseren u graag